Ondertussen volleerd verhuizers gaan wij met de fiets van Wouter in een doos, twee wandelrugzakken en twee dagrugzakken 's ochtends vanuit Leiden met de trein naar Schiphol. We vliegen om 7 uur 's ochtends, dus het opstaan is godsgruwelijk vroeg. Op schiphol is het verlaten.
We vliegen dit keer om economische redenen niet samen. Wouter vliegt via London Heathrow, Sirée via Copenhagen. Bij aankomst in Amerika stuurt de immigration officer Wouter naar het speciale loket: "J1 visa background check". Na veel zitten en wachten wordt Wouter gegrild door een douanier.
Wat kom je doen? Research collaboration at UC Berkeley. Waarom had je daar eerder wel een J1 visa voor nodig en nu niet? Ik blijf nu korter. Waarom heb je geen J1 visa aangevraagd? De Berkeley International Office zei dat dat daar minimaal 3 maanden tussen moest zitten. Nonsense! Ga je lesgeven? Daar zijn nog geen arrangements voor gemaakt. Als je gaat lesgeven heb je zeker wel een J1 visa nodig. Ik ga geen les geven.
Resultaat: toegelaten op visa waiver business want QUT Australie betaalt mijn salaris.
Sirée had ondertussen 4 uur vertraging, dus die was zelfs nog later op San Francisco dan Wouter. Zij had geen problemen bij de douane. Ze ging bij de meest redneck uitziende male douanier in de rij staan en kirde: "Ik ga naar mijn vriendin, zij heeft een nieuw schattig kindje." En hup ze was door. (Het was niet helemaal onzin wat ze zei. Janna en Manfred hebben inderdaad net een kind, Leander, en wij gaan bij hen op bezoek.)
We reizen samen met de fietsdoos in de BART naar Berkeley, waar onze huisbaas van weleer een setje sleutels onder een steen heeft verstopt. Dat is maar goed ook, want we hadden dus 4+ uur vertraging. We halen de spullen uit de opslag (Wouter's bezemhok kantoor op UC Berkeley) en zijn in één klap gesettled.
De volgende morgen welkom in Berkeley met Huevos rancheros en een spinaziesmoothie.
En dan aan het werk.